“Je eet teveel, zonder goed te kauwe, hè, dat wordt niet gelijkmatig opgenomen in je bloed.”

Een wijze les van Van Kooten & De Bie

Ik merk: je bent en blíjft KNO-arts, ook al ben je formeel gestopt met je praktijk en met het zien van patiënten. Want regelmatig word ik geconsulteerd over kwesties die met de neus te maken hebben.

In het begin van corona (voorjaar 2020 weet u nog wel?) ging dat vaak over reukstoornissen. Dat was bijzonder en reuk stond opeens in de belangstelling, ook bij KNO-artsen. Eigenlijk gek, want dat had natuurlijk allang in de belangstelling van deze specialisten moeten staan. Ik schreef hier al eerder over op deze site en op neus.nu.

Recent werd ik benaderd door Joke, een anosmie-patiënt (die niet kan ruiken) die ik al heel lang ken. Zij kent haar reukprobleem al vanaf haar jeugd.Joke Boon vertelde mij dat ze voor haar maag-darmproblemen bij een MDL-arts was geweest. Deze maag-darmspecialist legde tot haar verbazing uit dat haar reukstoornis hier weleens mee te maken kon hebben. Als ervaringsdeskundige scoorde zij op dat moment toch nog een nieuw leermoment. Zij vroeg zich af of daar niet meer aandacht voor zou moeten zijn.

Gevaar voor ondergewicht

Eén van de vroege symptomen van de Ziekte van Parkinson kan een reukstoornis zijn. Binnen het Parkinsonnetwerk is het om die reden ook helemaal niet gek een diëtiste bij de begeleiding van deze patiëntengroep te betrekken, want het verlies van reuk betekent ook vaak het verlies van eetlust. Parkinsonpatiënten hebben dan ook de neiging om sterk af te vallen. De relatie tussen reuk en spijsvertering is dus een bekend fenomeen.

Ook bij patiënten met een langdurig bestaande reukstoornis is er een relatie tussen de reukstoornis en gevaar voor ondergewicht. Zo is Joke altijd op het hart gedrukt op te passen voor ondergewicht. Joke wordt namelijk niet verleid door lekkere geuren, waardoor ze eet wanneer ze denkt dat ze moet eten. Dat doet ze dan volgens eigen zeggen snel en zonder goed te kauwen. Zo verlaat de voedselbrok de mond hap-slik-weg naar de slokdarm. Zij kent geen ondergewicht, want ze heeft altijd honger. Door het snellere eten zijn haar darmklachten toegenomen.

Van Kooten en De Bie hebben het ons in de jaren tachtig al uitgelegd: “Je eet teveel, zonder goed te kauwe, hè, dat wordt niet gelijkmatig opgenomen in je bloed.”

Een wijze les die Joke kennelijk niet kende…

Amylase

Er zit inderdaad een grond van waarheid in. Tijdens de biologielessen die ik in de 70-er jaren volgde, leerde ik al dat de spijsvertering in de mond begint: amylase in het speeksel breekt eiwitten al in stukjes. Die voorbereidende ‘werkzaamheden’ zijn belangrijk voor het vervolg in de maag, 12-vingerige darm en dunne darm. Ons reuk­vermogen helpt om voedsel te herkennen, waardoor het maagzuur en de enzymen die nodig zijn voor vertering alvast worden aangemaakt bij het ruiken van voedsel. Bij patiënten met een reukstoornis kan dit leiden tot een verminderde vertering, want de voorbereidingen in de mond (speekselaanmaak) worden niet getroffen, waardoor er maag-darmproblemen kunnen optreden.

Er dreigt door corona dus een nieuwe groep anosmie-patiënten te ontstaan die naast reukpro­blemen ook maag-darmproblemen gaat krijgen. Mogelijk bestaat die uit ondervoeding, maar maag-darmbezwaren zoals buikpijn, obstipatie, ontlastings­problemen, romme­lende maag en darmen, dunne ontlasting en onverteerde delen en andere problemen kunnen hier het gevolg weer van zijn.

Joke Boon zal de boeken die ze schreef over haar anosmie in een nieuwe editie vast en zeker op dit punt aanpassen.