Jan Slagter (66), directeur van omroep MAX, is zeer strikt in de naleving van de coronaregels. ‘Ik loop nog net niet als een politieagent door het gebouw, maar het scheelt niet veel’. Hij mist zijn mensen en belt er elke dag wel een paar thuis op.
Jan Slagter: Godzijdank géén corona in Ben Oude NijHuis
Hoe ziet uw normale werkdag eruit?
‘Heel gevarieerd. Vergaderen binnen- en buitenshuis, contact met producenten en programmamakers, die een idee komen bespreken, praten met de NPO en soms naar het buitenland voor opnames van een eigen programma’.
Hoe ziet uw werkdag er nu uit?
‘Qua werktijd niet anders dan vroeger, ik vertrek om 8 uur uit huis in Zoetermeer naar het Mediapark in Hilversum en kom ’s avonds om 8 uur weer thuis. Maar de inhoud van mijn werk is wél heel anders. In ieder geval begin ik de dag niet meer met onze dagelijkse bingo, dat is lastig nu twee derde van het personeel thuis werkt. Ik hoop die bingo volgende week weer te kunnen hervatten, iedereen kan dan live meespelen via internet. Ik ben elke dag op kantoor, een kapitein verlaat z’n schip niet. Heel strikt ben ik in het naleven van de coronaregels in ons gebouw, de mensen die er nog zijn, zitten allemaal minimaal anderhalve meter van elkaar, we eten niet meer in de kantine, maar halen daar iets op en eten dat achter het bureau op, bij de koffie-automaat mag maar één persoon staan.
Pas was hier op kantoor iemand niet lekker, die stuur ik direct naar een sneltest-lab in de buurt’.
Voor de programma’s die we nog live uitzenden, zoals ‘Tijd voor Max’ en ‘Meldpunt’ werken we met twee teams, zodat we altijd team-B beschikbaar hebben voor het geval team-A door corona zou uitvallen. Gasten voor die programma’s komen door een aparte ingang naar binnen, een andere dan die voor het personeel en er zit geen publiek meer in de studio’s. Verder heb ik een speciaal desinfecterings-apparaat aangeschaft, zoals dat ook in ziekenhuizen staat, waarin spullen als telefoons, tasjes, microfoons e.d. ontsmet worden. Nee, bij ons nog geen versoepeling van de regels, ik loop nog net niet als een politieagent rond, maar het scheelt niet veel. Als 66-jarige diabetespatiënt ben ik zelf ook kwetsbaar, maar dat is niet de reden van mijn voorzichtigheid, ik wil gewoon niet dat iemand hier ziek wordt door slordigheid. Ik mis m’n mensen, die er niet zijn, heel erg. Er ligt een lijst met namen en telefoonnummers op m’n bureau, elke dag bel ik een paar mensen op, ook zij missen het sociale contact met collega’s. Pas was hier op kantoor iemand niet lekker, die stuur ik direct naar een sneltest-lab in de buurt’.
U doet zelf nog wel een en ander op programmagebied…
‘Toen de Keukenhof gesloten werd, dacht ik, liggen daar al die prachtig bloeiende velden, waarvan niemand kan genieten, eeuwig zonde. Dus heb ik gevraagd of ik er met een cameraploeg opnamen mocht maken en dat mocht. Op een zaterdagmorgen liep ik met m’n vrouw over die doodstille Keukenhof. We hebben er twee uitzendingen aan gewijd. Het hoofd communicatie van het Paleis op de Dam had dat gezien en belde me met de vraag of ik ook iets dergelijks wilde doen in het Paleis. Ik wèl, dat begrijp je. Nog afgezien van het feit, dat ik daar als monarchist graag een kijkje wilde nemen, zag ik er direct een programma in. Dus dat heb ik onlangs gedaan, er is een programma van 50 minuten uitgekomen. Mooi toch? Om daarover te vertellen zat ik bij Op1, waar ik me toch wat ongemakkelijk voelde met al die andere mensen om me heen. Maar je moet je uiteindelijk niet door angst laten regeren.
Kijk naar de angst en de wanhoop in de ogen van de verpleegkundigen en de artsen, die je daarin ziet, dan weet je dat het bittere ernst is.
Helaas kunnen bepaalde MAX-programma’s deze zomer niet doorgaan, zoals ‘Droomhuis gezocht’ en ‘We zijn er bijna’. Alle twee programma’s, waarvoor naar het buitenland gereisd moet worden, wat nu niet kan. Gelukkig kan ‘Met het mes op tafel’ wel doorgaan, nu we een superlange tafel hebben laten maken en het geld, dat er een belangrijke rol in speelt, met een bakje aan een lange steel over tafel wordt geschoven. Over programma’s gesproken: ‘Frontberichten’ van BNNVara moet dit jaar de Televizierring krijgen, een fantastisch programma. Heel goed voor mensen, die slordig omspringen met de coronaregels, kijk naar de angst en de wanhoop in de ogen van de verpleegkundigen en de artsen, die je daarin ziet, dan weet je dat het bittere ernst is. Ik keek er elke dag naar, naar de herhaling ’s middags, nee, niet ‘s avonds, want dan deed ik ’s nachts geen oog dicht.’
Welke invloed heeft deze crisis op uw financiën?
‘Mijzelf treft het niet, maar de omroepen des te meer. De STER-gelden, waaruit we deels betaald worden, lopen dramatisch terug. Dus ik vrees het ergste voor volgend jaar. Wij kunnen niet putten uit de noodfondsen van de overheid. Wat trouwens wél heel duidelijk is geworden, is dat vriend en vijand nu naar de publieke omroep kijken, niet alleen naar het nieuws en de talkshows, maar ook naar het vermaak, dat wij bieden. De publieke omroep is dus heel hard nodig. Ik zou het helemaal geen gek idee vinden om straks een coronatax van 10 procent in te voeren om alle kleine zelfstandigen, die nu in het hart getroffen worden, te helpen. Ik hoor mensen al zeggen ‘Ja, dat kan hij zich best permitteren met zijn salaris”, oké, dat is waar, maar zoiets gaat natuurlijk naar draagkracht’.
Hoe is de situatie in ‘uw’ verpleeghuis het Ben Oude NijHuis?
‘Godzijdank goed, er heerst geen corona en er waren steeds genoeg mondkapjes en andere beschermende kleding. Op 15 juni gaat het langzaam weer open’.
Wat is het eerste dat u gaat doen na de lockdown? ‘Met familie en vrienden eten in een goed Italiaans restaurant en na afloop met z’n allen naar de kroeg en daar blijven tot 3, 4 uur ‘s nachts’.
Cisca Dresselhuys
Het voormalige klooster Huis ter Schie in Rotterdam werd omgevormd tot het Ben Oude NijHuis: een kleinschalige woonvorm voor ouderen met een (lichte) zorgvraag of dementie. In oktober 2017 werd het in gebruik genomen. Foto: MaxVandaag.nl