Altijd wanneer ik Ivan spreek, al zo’n 15 tot 20 jaar, raakt zijn zachtmoedigheid me.
Marion Bloem en Ivan Wolffers.
Ivans vooraankondiging
Ik schrik. Van drie korte Twitterberichten van Ivan Wolffers, de schrijver, columnist, (huis)arts en emeritus hoogleraar Gezondheid en Cultuur aan de Vrije Universiteit Amsterdam, met wie ik al vele jaren in alle vriendschappelijkheid contact heb. Onlangs postte hij op het sociale medium de volgende Tweets:
- “Voor ik heenga wil ik nog spelen met mijn drie kleindochters en ze de drie regels voor een goed leven influisteren.”
Altijd wanneer ik Ivan spreek, al zo’n 15 tot 20 jaar, raakt zijn zachtmoedigheid me. Een vriendelijke toon, die onwillekeurig onderwijst, waarmee je feiten worden verteld die je meestal niet kende, die relativeert, met nimmer een onvertogen woord, nooit kwaadsprekend, die vertelt over het leven dat hij leidt: over zijn ziekte die zich steeds nadrukkelijker doet gelden, de boeken en schilderijen van Marion Bloem, met wie hij ruim een halve eeuw samen is, hun drie kleindochters over wie hij trots vertelt. Het zijn gesprekken en vertellingen waar ik een goed gevoel bij krijg, blij van word, energie van krijg. Maar dan dit:
- “Voor ik heenga zou ik nog graag alle foto’s die ik maakte een laatste keer bekijken. Een reserveleven bewonderen, maar er zal te weinig tijd voor zijn.”
Dit doet me tóch verdriet. Het moment nadert, besef ik nu, ineens sneller dan ik in de voorbije maanden in de gaten had. De Tweets – ik had er nog niet op gerekend – maken duidelijk dat het moment nadert waarop Ivan er niet meer zal zijn. Ze zijn Ivans vooraankondiging.
Celontsporing
Natuurlijk weet ik, zoals velen, dat Ivan al twintig jaar samenleeft met een sluimerend kwaadaardige anomalie die prostaatkanker heet, en dat hij inmiddels een van de langstlevenden is met deze celontsporing. Maar ook zie ik dat de ziekte het hem steeds moeilijker maakt, hem in zijn schrijverij belemmert (“Ik moet steeds vaker alles opzoeken, iedere naam, elk feitje”), het heerlijk ontspannende conditie-wandelen door het bos in zijn woonplaats met Marion bijna onmogelijk maakt. “Een vervangend ritje op de hometrainer, om in beweging te blijven, leidt onmiddellijk tot blauwe plekken en bloeduitstortingen in mijn lies”, weet Ivan proefondervindelijk.
De mogelijkheden raken op, de lichamelijke ongemakken nemen soms ernstig hinderend toe. Elke week, elke dag wordt zijn levenskwaliteit een beetje minder. Toch is Ivan allerminst uit het veld geslagen, niet boos op de deur die aan het dichtgaan is. Het hoort bij het leven, relativeert hij. Het is onvermijdelijk.
Vreedzaam
De gesprekken over het Einde hebben intussen plaatsgevonden met de behandelend arts en hebben Ivan en Marion in zekere zin gerustgesteld: tussen besluit en uitvoering liggen enkele dagen, die vreedzaam maar weemoedig zullen zijn. “Maar als ik me weer wat beter voel, het schommelt nogal…”, zegt Ivan, “dán stellen we het allemaal nog even uit.”
Ivan leeft zijn leven bij de dag ‘to the max…” Tot het echt niet meer gaat blijft hij iedere seconde en elk moment gretig consumeren. “In het leven weet je nooit wat je krijgt, maar in alles wat passeert schuilt een verrassing”, schreef hij onlangs. Maar dan toch dit (met het vleugje commercie dat hen allebei zo eigen is):
- “Voor ik heenga wil ik nog een keer het beste boek van Marion Bloem doorlezen, een schatkist voor echte leesliefhebbers: ‘Een meisje van honderd’. Mijn ogen dansen met de woorden.”
De liefde voor elkaar spreekt hun leven lang – letterlijk in – boekdelen, als zij hem antwoordt: “Lees traag, Ivan, lees elke zin minstens 100 keer, kauw op elk woord.”
Graag! Blijf nog een tijdje, Ivan.
Maar als ik me weer wat beter voel, het schommelt nogal… dán stellen we het allemaal nog even uit.
Ivan Wolffers– eigen foto.
Over de columnist: René Steenhorst (1953) is medisch journalist. Hij publiceert wekelijks medisch nieuws, columns en reportages in MAXMagazine, het veel gelezen tijdschrift van Omroep MAX. Vijfenveertig jaar (sinds 1974) schreef hij voor dagblad De Telegraaf, waarvan ruim 32 jaar als redacteur gezondheidszorg. Ook publiceerde hij verschillende boeken op zijn vakgebied, zoals ‘In de Greep van de Griep’ over influenza, ‘Medisch (Mis)handelen’ over medische fouten, ‘Rebel tegen Wil en Dank’ (de biografie over anesthesioloog prof. dr. Bob Smalhout), ‘Het Haperend Hart’ (voor de Hartstichting), en de Ontdekkingsreis van Bob Pinedo (2017) over 50 jaar kankeronderzoek. Van het Pinedo-boek is inmiddels een Engelse vertaling verschenen: ‘Each Cancer Patient is A Pearl” (november 2021, Uitgeverij Prometheus).