Even voorstellen: Wanda de Kanter (1959) is longarts en nu ruim zes jaar werkzaam in het oncologisch ziekenhuis Antoni van Leeuwenhoek (AVL) te Amsterdam. Door actief te vechten tegen de tabaksindustrie probeert zij te bevorderen dat de jeugd een rookvrije toekomst krijgt. 'Elke dag beginnen in Nederland 75 kinderen met roken, stelt zij. Dat is volgens haar de schuld en verantwoordelijkheid van de overheid. 'Die moet ervoor zorgen dat kinderen niet verslaafd raken.' Onlangs verscheen van Wanda de Kanter en haar collega-longarts Pauline Dekker het boek 'Niet roken maar koken'.

‘Weet jij eigenlijk wel wat de echte doodsoorzaak nummer 1 is?’ vraagt mijn boomlange vriend, volleyballer en gouden medaillewinnaar op de Olympische Spelen, Bas van de Goor.

Hij heeft diabetes én is directeur van de Bas van de Goor Foundation, die als missie heeft om de kwaliteit van leven voor mensen met diabetes te verhogen door middel van sport. We komen elkaar regelmatig tegen op congressen over (en in) de zorg.

Hij zal toch niet eenzaamheid bedoelen? Ja hoor, dat bedoelt hij wèl, net heeft hij het gehoord op een groot congres over de zorg…

Dagelijks kom ik in de spreekkamer, in de kranten en op televisie mensen tegen die eenzaam zijn. Ik zoek vaak naar de oorzaak van hun eenzaamheid. Het kunnen kinderen zijn die gepest worden, die het thuis ellendig hebben in een vechtscheiding. Het kunnen mensen zijn met een persoonlijkheidsstoornis, die door hun aanleg een fikse bijsluiter nodig hebben, omdat zij met de hele wereld ruzie maken, en heel weinig kunnen reflecteren op hun eigen functioneren.

Of het zijn patiënten met een ernstige ziekte, zoals kanker. Die door hun ziekte hun werk en hun sociale netwerk zijn kwijt geraakt. Die in armoede leven en geen geld hebben voor sociale activiteiten. Die geen auto meer mogen of kunnen rijden en hun kinderen ver weg slechts mondjesmaat kunnen bezoeken.

Het zijn weduwes en weduwnaars, die hun partner vroegtijdig zijn verloren aan een groot infarct, beroerte of een andere ziekte. Of het zijn oudere mensen die een zo ernstig long- of hartfalen hebben, dat zij puur door fysieke belemmeringen de deur niet meer uitkunnen en vereenzamen. Kennissen die niet kunnen bevatten dat zij door hun ziekte hun trap niet meer op kunnen. En het hen door onbegrip kwalijk nemen. Mensen die hun eigen stem soms dagen niet horen…

Er zijn velen die zich eenzaam voelen, omdat zij door blindheid op latere leeftijd niet meer kunnen lezen, computeren of tv kijken. Of door doofheid geen gesprekken meer kunnen voeren.

Vanzelfsprekend zijn er ook bizarre politieke keuzes gemaakt in het vorige kabinet: om ouderen langer alleen thuis te laten blijven en vele tehuizen te sluiten. Met maar één doel: bezuinigen. Waardoor de ‘eerste hulpen’ en ziekenhuizen nu overvol liggen met mensen die te lang thuis moesten blijven… eenzaam, of in ieder geval alleen. Door de psychische hulp voor kinderen geheel anders te organiseren, waardoor de wachtlijsten in de GGz opliepen tot een half jaar. Jongeren met een depressie die eenzaam in hun bed liggen. Wachtend op de psychiater.

Ook armoede is een belangrijke oorzaak van eenzaamheid. De kloof tussen laag en hoog opgeleid in gezonde levensjaren neemt nog steeds toe.

Er zijn heel veel onderliggende oorzaken voor het ‘containerbegrip’ eenzaamheid. Als we dit niet erkennen zal er geen oplossing komen. Kijk naar de achterliggende oorzaken om er in ieder geval voor te zorgen dat er in de toekomst minder eenzaamheid zal zijn.

Containerbegrippen leiden af van oplossingen. Niemand zal er tegen zijn dat je ‘eenzaamheid’ wilt aanpakken. De oorzaken die daartoe hebben geleid, zijn een stuk weerbarstiger.

Voorkomen van eenzaamheid is een langdurig proces. Ter overbrugging is een sociaal leger te overwegen: iedereen vanaf 18 jaar gaat bijvoorbeeld verspreid in de komende twintig jaar gedurende 12 maanden vrijwilligerswerk doen – wat het beste bij je past.

Van het bezoeken van mensen die alleen thuis zijn achtergebleven tot het begeleiden als buddy van patiënten naar het ziekenhuis. Tot het aanleren van de Nederlandse taal, tot het samen bezoeken van evenementen. We hebben ooit een mannenleger gehad, misschien is het nu tijd voor een mensenleger…