Maar dan, min of meer opeens, was het stil om hen heen geworden. Vrienden en kennissen vermeden het pijnlijke onderwerp steeds vaker.

Foto: René Steenhorst

Bang voor andermans trauma

Het is een gebeurtenis waar ik weleens met een gevoel van schaamte aan terug denk. Ooit was ik uitgenodigd om een lezing te houden voor een groep ouders die een kind verloren hadden, door ziekte, ongeval, zelfdoding of moord.

Ik had mij voorgenomen uit te leggen wat in de psychologie bekend is over rouwverwerking bij verlies van een kind, wat helpt bij die verwerking en wat niet. De groep zat beleefd te luisteren naar mij die als een ‘expert’ sprak over iets dat hij zelf aan de lijve nog nooit had ervaren. Nadat ik uitgesproken was stak een man zijn hand op en zei op vriendelijke toon: “U bedoelt het goed maar u weet niet wat wij voelen – niemand kan dat weten totdat het hemzelf overkomt.”

Diepe indruk

De overige aanwezigen reageerden instemmend: ‘Zegt u alsjeblieft nooit dat u begrijpt wat wij doormaken, want dat kunt u niet. Sommigen van onze vrienden en bekenden zeggen precies hetzelfde, maar ze weten absoluut niet wat wij doormaken’.

De rest van de bijeenkomst heeft een diepe indruk op mij nagelaten. Veel van de aanwezige ouders vertelden openhartig en vaak met tranen in hun ogen hoe ontzettend diep het verlies van hun kind in hun leven had ingesneden. Maar wat me vooral trof was het isolement waarin veel van hen terecht waren gekomen. In de eerste tijd na de dood hadden ze meestal van alle kanten steun en medeleven ontvangen.

Emotioneel bedreigend

Maar dan, min of meer opeens, was het stil om hen heen geworden. Vrienden en kennissen vermeden het pijnlijke onderwerp steeds vaker. Gesprekken begonnen op bepaalde punten te haperen omdat niemand het onderwerp meer durfde aan te snijden. Terwijl de ouders vaak ontzettend veel behoefte hadden en bleven hebben om over hun verlies met anderen te praten, leken hun vrienden en kennissen het onderwerp te onthutsend en emotioneel te bedreigend te vinden om er uit zichzelf over te beginnen.

Sommige ouders vertelden dat hetzelfde proces zich ook in hun eigen gezin voltrok. “Onze andere kinderen”, zei een ouder, “beginnen nooit uit zichzelf over hun overleden broer. Ze vermijden zelfs zoveel mogelijk zijn naam te noemen. We delen een trauma dat we niet met elkaar kunnen delen”.

Helende kracht

Wat hier aan de hand is, is wat mijn collega James Pennebaker (die ooit zelf een kind verloor) in zijn prachtige boek ‘De helende kracht van het in vertrouwen nemen van anderen’ de angst voor het trauma van de ander noemt. Uit onderzoek blijkt dat vrienden van mensen die een ernstig verlies geleden hebben, vaak zeggen dat ze bang zijn door het onderwerp aan te snijden de ander overstuur te maken. Maar dat is, aldus Pennebaker, meestal slechts de halve waarheid.

Waar we vooral bang voor zijn is dat als die ander inderdaad diep verdrietig of overstuur raakt, we niet weten hoe daar mee om te gaan. Ik giet het in dit beeld: ‘Verdriet is als de zee, komt met eb en vloed. Met de wisseling daarvan er voor en met elkaar zijn, is de essentie van troost”.

Zegt u alsjeblieft nooit dat u begrijpt wat wij doormaken, want dat kunt u niet…

  • Over de columnist: René F.W. Diekstra is emeritus-hoogleraar psychologie, lector jeugd en opvoeding en een van de richtinggevende specialisten in toegepaste psychologie ten behoeve van suïcidepreventie, mentale gezondheid, persoonlijke en relationele ontplooiing en talentontwikkeling. Als WHO-senior-scientist is hij nauw betrokken bij de Skills-for-Life programma’s. Diekstra is ook auteur van ruim 500 publicaties in internationale wetenschappelijke boeken en tijdschriften, waaronder ‘Depression and Suicide in late life’. Ook schreef hij publieksboeken, zoals ‘Als Leven Pijn Doet. Weerbaar en waardig omgaan met de verliezen in je leven’, ‘Ik kan denken/voelen wat ik wil’ (druk-30) en ‘In gesprek met je ouders’ (verscheen eind 2020).

Lees ook van René Diekstra op meerovermedisch.nl: