Na drie maanden 'intelligente lockdown' staat Nederland steeds meer op een kier. We werken ook weer een beetje op de zaak. Wachten de komst af van een verlossend vaccin. En voor de rest? Wat doet de CoronaBurger met zijn overmaat aan tijd? Op Meer over Medisch laten we haar en hem aan het woord, in persoonlijke vertellingen uit de 1.5-metersamenleving.

MARIEKE AARTS (53) is ruim 30 jaar verpleegkundige, waarvan het grootste deel in het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven. Al elf jaar is ze gespecialiseerd in de begeleiding van obesitas-patiënten. ‘Die hebben het zwaar in deze coronatijd, ze vervallen door stress soms in oude gewoonten, zoals te veel eten en snoepen, iets waar ze nou juist zo bang voor zijn’.

Hoe ziet uw normale werkdag eruit?

‘Ik zie dagelijks zo’n 24 tot 30 mensen, individueel of in groepjes. Dat zijn mensen die lijden aan obesitas, flink overgewicht. Sommigen zijn in afwachting van een maagverkleinende operatie, die ik begeleid op de weg er naar toe, anderen hebben de ingreep al achter de rug en zitten in de nazorg. Het is fantastisch werk, ik zeg altijd dat ik de mooiste baan in het ziekenhuis heb. Nadat ik ooit begonnen ben op neurologie, heb ik vrijwel op alle afdelingen gewerkt, o.a. langdurig op de kort verblijf afdeling. Ik heb zelf aan obesitas geleden en een maagverkleining gehad, dus ik weet heel goed waarover ik het heb. Je kunt wel zeggen dat ik m’n eigen job heb gecreëerd, want een speciale obesitas -verpleegkundige bestond nog niet.’

Hoe zien uw werkdagen er nu uit?

‘Ik zie geen enkele patiënt meer, alles gaat telefonisch, ik zit te beeldbellen en dat terwijl ik echt een knuffelkont ben. Nou ja, ik sla graag een arm om iemands schouder of pak iemand even vast, als het wat emotioneel wordt. Normaal zie je het als iemand begint te huilen, nu denk je: wat doet-ie nou? Huilt-ie of kijkt-ie alleen maar even opzij? Gelukkig hoef ik niet thuis te werken, waar vier pubers in deze schoolloze tijd aan hun telefoon geplakt zitten, aan het gamen zijn of, in het beste geval, huiswerk maken. Heel fijn dat ik om half acht ’s ochtends de deur achter me kan dichttrekken. Ik zit gewoon op m’n eigen kamer in het ziekenhuis te bellen en spreek per dag nu zo’n 18 mensen. Elk gesprek begin ik met de vraag of ze het oké vinden dat we nu alleen maar kunnen bellen. De meesten vinden dat prima, die hebben sowieso geen zin om in deze tijd naar een ziekenhuis te moeten.

Ik hoor: ik ben ZZP’er en lijk m’n werk kwijt te raken, ik was altijd een stress-eter en nu dreig ik terug te vallen in dat gedrag.

Wat ik akelig vind is te merken dat er patiënten zijn die dreigen terug te vallen in oud gedrag. ‘Ik zit de hele dag thuis met de kinderen, die naar de koektrommel grijpen, dat doe ik nu ook weer’ of ‘Ik ben ZZP’er en lijk m’n werk kwijt te raken, ik was altijd een stress-eter en nu dreig ik terug te vallen in dat gedrag‘. Tel daar bij op dat de sportscholen gesloten zijn, waar veel ex-patiënten aan hun beweging werken, ook heel vervelend. Bij het bestrijden van obesitas, ook na de operatie, hangt alles af van een gezonde leefstijl en die dreigt dezer dagen in het gedrang te komen. En dan heb je nog het gegeven dat mensen met overgewicht een slechter vooruitzicht op overleving hebben, wanneer ze corona krijgen, ook niet bepaald rustgevend. Ik hoop heel erg dat ik binnenkort mensen weer fysiek mag zien, al zijn het er maar een paar per dag. Als hoofdverpleegkundige heb ik een oproep gehad om extra scholing te volgen om eventueel te kunnen invallen op de corona-afdeling. Dat was nodig omdat ik al weer twaalf jaar ‘van het bed ben’. Ik had dat graag gedaan, met m’n collega’s aan het front staan, maar het was uiteindelijk niet nodig. Voor mij persoonlijk trouwens wel fijn, want ik zit in de overgang, dan zit je niet te wachten op dikke lagen beschermende kleding.’

 Heeft de coronacrisis uw werk blijvend veranderd?

‘Dat denk ik wel. We zullen vast meer digitaal of telefonisch blijven doen, bijvoorbeeld in de nazorg. De voorlichtingsfilm, die we nu gemaakt hebben, voor mensen die vóór de operatie staan, kan heel goed thuis bekeken worden, alleen of samen met familie. Die zullen we zeker blijven gebruiken, het is een film van anderhalf uur, een hele zit, maar je kunt ém goed in stukjes bekijken.’

Hoe is de situatie thuis? 

‘Mijn partner en ik hebben een samengesteld gezin met vier kinderen, beiden hebben we er na de scheiding twee ingebracht.  Mijn oudste dochter zou deze zomer eindexamen gymnasium doen, dat gaat niet door. Ze is wel geslaagd, maar er is geen feestelijke diploma-uitreiking, geen galafeest, echt sneu voor haar, ze heeft zo hard gewerkt’.

Heeft de crisis financiële gevolgen voor u?

’Nee, gelukkig niet. Zowel ik als mijn vriend, die in een autobedrijf werkt, hebben een vaste baan.’

Wat is het eerste dat u gaat doen als de lockdown is opgeheven?

‘Knuffelen. Met m’n ouders, m’n familie en m’n vrienden. M’n patiënten kan ik  letterlijk weer de helpende hand bieden. Verder gaan we een weekje op vakantie naar Zeeland. Juist dit jaar zou ik allemaal buitenlandse tripjes hebben, een naar Kreta voor de 50-ste verjaardag van m’n vriend en twee voor m’n werk, naar Praag en Miami, allemaal afgelast. Ach, m’n grote liefde en ik zijn pas vijf jaar samen, we zijn nog hevig verliefd, wij vinden het overal leuk, waar we samen zijn’.

Cisca Dresselhuys

Foto: Catharina Ziekenhuis