'Bij Multiple Sclerose is de afweer in de hersenen volkomen op hol geslagen'

Nederland telt ongeveer 17.000 mensen met deze ontstekingsziekte

AMSTERDAM – Een virus speelt zeer waarschijnlijk een cruciale rol in het ontstaan van multiple sclerose (MS), een chronische aandoening van het centrale zenuwstelsel.

Onderzoekers van het Nederlands Herseninstituut zeggen aanwijzingen te hebben dat dit (nog niet getraceerde) virus bij mensen met MS het afweersysteem van hun hersenen voortdurend in een staat van opperste paraatheid houdt.

In de komende drie jaar hoopt de neuro-immunologische onderzoeksgroep van prof. Dr. Inge Huitinga dit virus te vinden, te ontrafelen en zijn rol te bestuderen in het chronisch actief houden van de eigen afweercellen van de hersenen, de zogeheten ‘microglia’  en de T-cellen. Het zou de komst van een gerichte behandeling van MS wellicht naderbij kunnen brengen.

Dat maakte professor Huitinga bekend tijdens het uitspreken van haar aanvaardingsrede van het hoogleraarschap Neuroimmunologie, in het bijzonder de pathologie van multiple sclerose. De leerstoel is ingesteld door de Stichting MS Research.

In Nederland komt de ziekte voor bij ongeveer één op duizend mensen. Nederland telt dus ongeveer 17.000 mensen met MS, berekende de Hersenstichting. De aandoening openbaart zich doorgaans tussen 20 en 40 jaar. MS is een grillige ziekte, waarbij het verloop van patiënt tot patiënt erg verschilt. Wereldwijd lijden zo’n 2,5 miljoen mensen aan deze ziekte, waarvan de oorsprong nog altijd onbekend is.

Inge Huitinga, al sinds 2006 directeur van de Nederlandse Hersenbank – onderdeel van het Nederlands Herseninstituut (NIN) –, greep haar inaugurele rede als bijzonder hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam aan om af te rekenen met een hardnekkig misvatting. Namelijk, dat onze hersenen geen immunologische afweer zouden hebben. ,,Die afweer is er wel degelijk”, stelt professor Huitinga, ,,De hersenen verweren zich actief tegen virussen andere indringers. Die afweer is dus effectief, maar ánders georganiseerd dan in andere organen in het lichaam.”

Prof. dr. Inge Huitinga, hoogleraar neuroimmunologie. Foto: UvA/Dirk Gillissen

Ook onze hersenen beschermen zichzelf tegen schadelijke indringers

Inge Huitinga, die haar oratie de titel Hersenen in Verweer gaf, stelde tijdens het uitspreken ervan in de Oude Lutherse Kerk in Amsterdam: ,,Lange tijd werd gedacht dat de hersenen geen verweer hadden. Immers, schade in de hersenen herstelt meestal niet of nauwelijks. Een afweerreactie zoals bijvoorbeeld in de huid plaatsvindt, zou onherstelbare schade veroorzaken in de hersenen. Dit beeld werd versterkt door de aanwezigheid van de bloed-hersenbarrière, een barrière die de hersenen afschermt van de rest van het lichaam.”

,,Maar”, vervolgde zij, ,,natúúrlijk is er ook een afweer in de hersenen, alleen is dit systeem ánders geregeld dan elders in het lichaam. De hersenen bevatten hun eigen afweercellen, de microglia. Deze cellen zijn volledig aangepast op hun omgeving. Microglia zijn klein maar uitzonderlijk goede eters (van schadelijke indringers en afvalstoffen). Ze helpen ook om de schade te herstellen aan zenuwcellen en de verbindingen tussen zenuwcellen. Naast microglia, hebben de hersenen ook weefsel eigen T-cellen. Deze gespecialiseerde witte bloedcellen vormen een tweede lijn van verdediging tegen indringers zoals virussen.”

De laatste decennia is de studie van de afweer van de hersenen, de neuroimmunologie, in een stroomversnelling geraakt. Het wordt nu langzaam duidelijk hoe infecties in de hersenen in toom worden gehouden en wat de rol is van deze afweer in het ontstaan van neurologische en psychiatrische hersenziekten.

Het doel van de leerstoel is om de wisselwerking tussen afweercellen, zenuwcellen en gliacellen te bestuderen in gezonde hersenen en hersenen van patiënten met multiple sclerose (MS), bij wie de afweer chronisch actief is geraakt. Het onderzoek zal zich voornamelijk richten op analyses van hersenweefsel van overleden donoren van de Nederlandse Hersenbank.

Het bestuderen van deze immunologische afweer in menselijke hersenmateriaal is van cruciaal belang om diagnoses en behandelingen van neurologische ziektebeelden zoals multiple sclerose te verbeteren.

De onderzoeksgroep die Inge Huitinga leidt ontdekte eerder dat in de latere progressieve fase van MS de ontstekingen doorsluimeren en dat een hersen-specifieke groep afweercellen – de zogeheten ‘CD8-positieve weefselresidente geheugen T-cellen’ – verantwoordelijk lijken te zijn voor deze sluimerende ontstekingen. Deze ontdekking biedt perspectief voor de ontwikkelingen van therapieën, inclusief voor de chronisch progressieve vorm van MS, waarvoor momenteel nog geen oplossing is.

Huitinga, tot slot: ,,Wij vinden in 78 procent van de hersendonoren met vergevorderde MS een sluimerende ontsteking. Dit vraagt om een andere aanpak van behandeling.”

Zie de zenuwvezels in ons brein als elektriciteitsdraden

Schade aan de zenuwvezels

Multiple Sclerose is een ontstekingsziekte van de hersenen waarbij de vettige stof (myeline) die een zenuwvezel of axon omhult, verdwijnt. Hoe dat komt, weten de wetenschappers nog niet. Wel hebben ze inmiddels ontdekt dat dit proces schade toebrengt aan die zenuwvezels.

In sommige gevallen is de schade zodanig ernstig dat de zenuwvezels verzwakt raken. Dit effect is vergelijkbaar met een elektriciteitsdraad zonder isolatie of het doorknippen van zo’n stroomdraad: de signaaloverdracht raakt verstoord. Hierdoor geleiden zenuwcellen elektrische prikkels almaar slechter en kunnen mensen met MS neurologische problemen krijgen zoals verlammingen, problemen met praten, zien en denken.

Als de beschermende vettige en isolerende stof myeline verdwenen is vormen zich littekens, de zogenaamde scleroses. Het zijn verharde stukjes weefsel rondom de axonen, die uitlopers zijn van een zenuwcellen die elektrische impulsen doorgeven  op deze manier voor informatieoverdracht in de hersenen zorgen.

Deze littekenvorming gaat vaak gepaard met verder verval van zenuwvezels. Gebieden waar de ziekte zich uit, de zogenaamde laesies of plaques, bevinden zich op meerdere plekken in het centrale zenuwstelsel.