Nieuwe behandelingen in de maak voor leverkanker en dikkedarmkanker

Een jarenlange zoektocht naar zwakke plekken in de structuur van kwaadaardige cellen heeft geleid tot twee mogelijk nieuwe therapieën tegen kanker. Het gaat om in de maak zijnde behandelingen voor respectievelijk patiënten met leverkanker en mensen met een speciale vorm van uitgezaaide dikke darmkanker. Nederlandse onderzoekers zijn nauw betrokken bij deze opmerkelijke ontwikkelingen.

AMSTERDAM – Onderzoekers van het Nederlands Kanker Instituut (NKI), het onderzoeksinstituut van het kankerziekenhuis Antoni van Leeuwenhoek (AVL), zeggen kankercellen van de lever nu een flinke dreun te kunnen geven in het laboratorium.

Om hun euforie kracht bij te zetten hanteren ze zelfs bokstermen. Ze spreken van een ‘one-two-punch’, een linkse optater die de kwaadaardige levercellen doet duizelen en ze verdooft, gevolgd door een rechtse directe die ze uitschakelt. Elk jaar worden 400 à 500 mensen in Nederland geconfronteerd met de diagnose leverkanker.

Daarnaast is er ook goed nieuws in de strijd tegen darmkanker.

Er lijkt aanzienlijke levenswinst van maanden extra te kunnen worden geboekt bij de behandeling van uitgezaaide dikke darmkanker bij patiënten met een overactief tumoreiwit. Deze nieuwe ontdekking kan goed nieuws betekenen voor mensen die worden getroffen door een overmatige celgroei van hun kanker, aangewakkerd door dit mutant-eiwit dat ‘BRAF V600E’ heet. Deze vorm komt jaarlijks voor bij 1300 tot 1400 mensen; dat is 10 procent van het feitelijke aantal van ruim 13.000 gevallen van darmkanker in Nederland.

Deze twee nieuwe stappen in de bestrijding van vormen van kanker verdrongen elkaar onlangs in het nieuws. Wetenschappelijke beschrijvingen van de twee in de maak zijnde therapieën verschenen daags na elkaar in de wetenschappelijke vakbladen The New England Journal of Medicine en Nature.

De leider en bedenker van de eerstgenoemde leverkanker-studie, moleculair bioloog prof dr. René Bernards van het NKI/AVL in Amsterdam, zegt dat er veel combinaties van kankermedicijnen te bedenken zijn. ,,Middelen, die in theorie perfect samenwerken, maar in de praktijk te schadelijk – zeg maar: te toxisch (giftig) – zijn voor een mensenlichaam om sámen toe te dienen. Maar het kort na elkaar geven van de middelen in het lab bleek het goed te doen: zodoende was er wél de werking, maar niet zozeer de schadelijkheid. Het eerste medicijn creëert een zwakte in de kankercel en het tweede rekent vervolgens genadeloos af met de verzwakte cel. Zo geef je de twee medicijnen niet tegelijk, maar profiteer je wel van de synergie, de samenwerking, tussen beide.”

Het idee daartoe deed Bernards overigens op toen hij tijdens vrijetijdsconditietrainingen in de frisse buitenlucht ‘zijn hoofd leegde’. Dat geeft ruimte voor nieuwe gedachten, zo blijkt. Als in een bokswedstrijd meende hij de cellen te lijf te kunnen gaan met een serie klappen. ,,Dat was de gedachte. Verschillende dreunen kort na elkaar. Dus het eerste middel om de tumor te verzwakken en gevoelig te maken, het andere middel om de kracht van de tumor te breken en hem uit te schakelen. Zeg maar een links-rechtscombinatie zoals je die in een bokswedstrijd ziet.”

In het laboratorium van het Nederlands Kanker Instituut zochten Bernards en zijn collega’s uit of dit alles bij muizen werkte. Als achilleshiel kozen zij een bekende reactie van cellen op stress: de slaapstand. ,,Gewone lichaamscellen kunnen zichzelf onder stressvolle omstandigheden in een soort slaapstand zetten. Dat doen ze als hun DNA beschadigd is, bijvoorbeeld. Dat is gunstig, want dan stoppen ze met delen en ruimt het immuunsysteem ze op.”

Uiteindelijk heeft deze aanpak de tumor zielloos op het canvas van de boksring gekregen. ,,Het mooie van deze aanpak is dat het bij heel veel tumorsoorten zou kunnen werken”, zegt professor Bernards. ,,Die slaapstand heet ‘senescentie’ en die kun je in principe in allerlei tumorsoorten opwekken.” Als je maar weet hoe, en hoe je die cellen vervolgens de genadeklap toedient. Er wordt nu verder gezocht naar specifieke stoffen die kankercellen in slaap krijgen en stoffen die zulke cellen gericht doden. Die tweede klap is essentieel. ,,Het lijkt er namelijk op dat slapende kankercellen tumorgroei en uitzaaiing kunnen bevorderen als het immuunsysteem, of een therapie, ze niet verwijdert.”

Sommige patiënten leven met de nieuwe medicijncombinatie zelfs enkele jaren langer

De nieuwe combinatie van drie antikankergeneesmiddelen bij uitgezaaide dikke darm- of colonkanker slaagt erin de overleving van patiënten te verlengen tot gemiddeld negen maanden. Het gaat om stoffen met nauwelijks uit te spreken namen als Encorafenib, Binimetinib en Cetuximab.

Door deze nieuwe, nog experimentele behandeling hebben verschillende patiënten uit de onderzoeksgroep er zelfs ,,enkele jaren” extra levenstijd bijgekregen. Dat stelt prof. dr. Jan Schellens, een van de onderzoekers en medeauteur van het artikel in het medisch vakblad New England Journal of Medicine Aan deze wereldwijde studie deden 665 patiënten mee.

Tot nu toe waren de vooruitzichten voor patiënten met deze vorm van uitgezaaide darmkanker buitengewoon somber.

,,Droeviger nog”, zegt Jan Schellens, ,,Patiënten met uitgezaaide dikke darm kanker met deze eiwitmutatie leven gemiddeld nog vier tot zes maanden, nadat ze een tot twee chemokuren hebben ondergaan. Maar eigenlijk hadden die kuren geen effect op het verloop van de ziekte. Anders gezegd: voor deze specifieke vorm van kanker, waarin het gemuteerde BRAF-eiwit een andere aanpak behoeft, zoals nu pas duidelijk is geworden, bestond tot nu toe niet echt een werkzame behandeling. Bovendien wordt deze nieuwe behandeling doorgaans goed verdragen door patiënten.”

Wanneer de behandeling precies beschikbaar komt voor patiënten (in Nederland) is nog niet duidelijk, maar de onderzoekers denken dat het  waarschijnlijk in de tweede helft van 2020, uiterlijk begin 2021, zal zijn goedgekeurd.

Volgens een vergelijkbaar principe werd, door dezelfde onderzoeksgroep enige jaren geleden al het melanoom, een levensbedreigende vorm van huidkanker, bestreden. Het nu ontwikkelde concept is inmiddels ook bij andere kankersoorten in onderzoek.

Dikke darmkanker is wereldwijd de op twee na meest voorkomende vorm van kanker en wordt mondiaal elk jaar bij een miljoen nieuwe patiënten vastgesteld. In Nederland gaat het, zoals eerder vermeld, jaarlijks om ruim 13.000 nieuwe diagnoses. Iets meer dan de helft van de patiënten (55 procent) overlijdt binnen vijf jaar. Zo’n tien procent van deze groep wordt geconfronteerd met de verraderlijke eiwitverandering in hun tumor.

Een groot aantal ziekenhuizen in de VS, België, Canada, Australië, Japan, Verenigde Koninkrijk, Italië, Zuid-Korea, Rusland, Spanje, Israël en Nederland is actief bij de darmkankerstudie betrokken.

 

 

 

 

Antoni van Leeuwenhoek, Nederlands Kanker Instituut, New England Journal of Medicine