RIVM-analisten: Geen van de nu nog aangetroffen verontreinigde stoffen levert een risico op voor de zuigeling

BILTHOVEN – De vrees dat moedermelk bloot zou staan aan steeds meer chemische vervuiling blijkt ongegrond. Sterker nog, moedermelk wordt steeds schoner en dus gezonder voor het kind. De verontreiniging die er eerst was is zelfs sterk afgenomen. Dat stellen onderzoekers van het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. te Bilthoven.

Geen van de nu nog aangetroffen stoffen levert een risico op voor zuigelingen, stellen de RIVM-analisten. ,,Er is daarom geen aanleiding voor vrouwen om te stoppen met het geven van borstvoeding.” Dat melden zij in het zojuist verschenen onderzoeksrapportPersistente organisch verontreinigende stoffen in moedermelk in Nederland’. https://www.rivm.nl/publicaties/persistent-organic-pollutants-in-human-milk-in-netherlands

Beetje gezonder

Volgens RIVM-onderzoeker dr Anton Rietveld, hoofd van de afdeling voor Voedselveiligheid, zijn de gemeten stoffen in deze eeuw in de afgelopen twee decennia zo ongeveer gehalveerd. Dat is een goed signaal, stelt Rietveld. ,,Het betekent, dat we er allemaal een beetje gezonder op zijn geworden.” Het RIVM analyseert al vele decennia de kwaliteit van de allereerste voeding van de mens en wil daarmee ook blijven doorgaan. Vooral omdat het een goede graadmeter is voor de aanwezigheid van verontreinigende stoffen in het milieu… en dus ook in de mens. Uiteindelijk is het de bedoeling om moedermelk zo vrij mogelijk van chemische smetten te krijgen. Maar nu al zijn de belangrijkste gevaren daaruit verdwenen.

Een andere conclusie van de ‘schonere omstandigheden’ in menselijke melk is, dat de internationale afspraken hierover blijken te werken. De afgesproken regels worden nageleefd door landen. Het heeft dus niet alleen zin, maar ook een groot effect om chemische stoffen – zoals POP’s (persistente organische stoffen) – te verbieden of uitsluitend onder strenge voorwaarden toe te staan. In mensen en andere zoogdieren stapelen deze organische verbindingen zich gaandeweg het leven op in bloed en vetweefsel. Wanneer een moeder haar kind borstvoeding geeft, dan komt logischerwijs een deel van de in haar lichaam aanwezige in haar moedermelk terecht.

Monsters

De moedermelkmonsters zijn in 2014 verzameld door het RIVM en zijn tussen 2014 en 2016 geanalyseerd door de Wereldgezondheidsorganisatie. De WHO doet al sinds 1976 wereldwijd metingen naar POP’s in moedermelk. Het RIVM doet voor Nederland aan dit voortgaande peiling mee. Zo zijn door de jaren heen ontwikkelingen in de concentratie van POP’s in moedermelk tussen landen te vergelijken.

Mensen staan hun leven lang – via voedsel en het milieu – bloot aan kleine hoeveelheden van deze POP’s. Deze stoffen breken langzaam af, hopen zich op in het bloed en vetweefsel en zijn giftig. POP’s kunnen onder andere vrijkomen in de industrie en kunnen in bestrijdingsmiddelen zitten. Voorbeelden zijn dioxines, PCB polychlorobiphenyls ’s en bestrijdingsmiddelen als DDT dichloordifenyltrichloorethaan  en heptachloor. Via verschillende internationale verdragen wordt het gebruik van deze stoffen verboden of aan banden gelegd. Deze stoffen worden dan opgenomen op de POP-lijst van het Verdrag van Stockholm.

Er is ook een andere verbinding die nu aandacht krijgt: PFOS perfluoroctaansulfonaten, een stof die sinds 2009 op de genoemde POP-lijst staat, eveneens vanwege de ongewenste eigenschappen. Omdat PFOS in 2014 voor het eerst in het meetprogramma is opgenomen, is het nog niet bekend of ook die hoeveelheid in moedermelk over de jaren afneemt.

Foto: Pixabay