Mediterraan dieet is beter voor donornier

Groningse onderzoekers: Goede voeding heeft grote invloed op conditie van donornieren.

GRONINGEN – Veel vis, fruit, groenten, peulvruchten, noten en olijfolie, maar minder zuivel en vlees. Een dergelijk voedingspatroon helpt getransplanteerde nierpatiënten om hun min of meer weer ‘normale’ nierfunctie te behouden.

Dat blijkt uit een studie van onderzoekers van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Volgens nefroloog António Gomes-Neto en zijn collega’s blijkt het zogenoemde ‘mediterrane dieet’ de niergezondheid van ontvangers van een donornier te beschermen.

Ondanks verbeteringen in de overleving van getransplanteerde nieren in de eerste jaren na transplantatie, treedt nog steeds bij meer dan een derde van de ontvangers in een periode van tien jaar een zekere mate van nierfunctieverlies op. Simpel het aanpassen van het voedingspatroon, en het daarin volharden, maakte dat patiënten die een mediterraan dieet volgden minder kans hadden op een verminderde nierfunctie. De resultaten van dit onderzoek zijn online verschenen in de Clinical Journal van de American Society of Nephrology (CJASN).

Volgens António Gomes-Neto is er meer en meer wetenschappelijk bewijs dat de gezondheidsvoordelen van het mediterrane dieet aantoont voor de gezondheid van hart en bloedvaten en nieren. Gomes-Neto: ,,In deze studie laten we zien dat ontvangers van een niertransplantatie met een hogere therapietrouw minder kans hebben op functieverlies van hun niertransplantatie.” Voor dit onderzoek vulden 632 volwassen niertransplantatiepatiënten met een functionerende donornier gedurende ten minste één jaar een vragenlijst in over hun voedingspatroon. De mate waarop zij het mediterrane dieet naleefden werd beoordeeld met een 9-puntsscore. Deze groep patiënten werd gemiddeld gedurende iets meer dan vijf jaar gevolgd.

Uit het onderzoek blijkt dat hoe meer de patiënten zich hielden aan het mediterrane dieet, des te beter hun nierfunctie bleef en des te minder nierfalen zich bij hen ontwikkelde. Elke toename van 2 punten op de 9-puntsscorelijst was geassocieerd met een 29 procent lager risico op nierfunctiedaling en een 32 procent lager risico op nierfalen. Uiteindelijk ondervonden 119 ontvangers van een getransplanteerde nier een nierfunctievermindering; bij 76 van hen ontwikkelde dit zich tot nierfalen.

In 2017 vonden er 974 niertransplantaties plaats, waarvan 549 (56 procent) met een nier van een levende donor (donatie bij leven) en 425 (44 procent) met een nier van een overleden donor (postmortale donatie), blijkt uit gegevens van de Nierstichting. In totaal leven er in Nederland inmiddels 10.796 mensen met een werkende donornier.Het aantal niertransplantaties in Nederland steeg afgelopen 25 jaar van ruim 400 naar ongeveer 1.000 per jaar. Meer dan de helft van de transplantaties in Nederland vindt plaats met een nier van een levende donor. Ons land loopt daarmee voorop in Europa. Donatie bij leven is van levensbelang, want er is een groot tekort aan postmortale donornieren.

Zie ook: https://cjasn.asnjournals.org/content/early/2020/01/01/CJN.06710619