De blik van de man was vaag, zijn gedrag vreemd, hij vertoonde spasmen…
NOORDOOSTPOLDER – De man, een eindvijftiger, zat rechtop in zijn stoel in een wat rommelige ruimte van de kleine woonboot. Het rook er niet al te fris, in wat waarschijnlijk zijn woonkamer was. Hij keek ambulanceverpleegkundige Hanneke ter Beek (52) vanuit het zich opdringende schemer recht in de ogen.
,,Maar hij zag me niet”, zegt Ter Beek. ,,Zijn blik was vaag, zijn gedrag vreemd, hij vertoonde spasmen – in zijn gezicht en ook aan zijn handen, zijn bewegingen waren ongeleid. Evenmin was hij aanspreekbaar.”
Niet bepaald het klassieke beeld van iemand met hartklachten, waarvoor Hanneke ter Beek en haar collega, ambulancechauffeur Marja Ras, waren opgeroepen door de alarmcentrale ‘112’. ,,Het beeld was ánders dan we hadden verwacht…”, schetst Hanneke. ,,Compleet anders dan ik ooit als verpleegkundige in zeventien jaar op de ambulance had meegemaakt.”
De boot van de man lag in het buitengebied van de Noordoostpolder, in een van de poldervaarten. Toen de Flevolandse ambulance de locatie naderde, buiten werd het daglicht snel minder, stonden er twee mannen in de graskant te wachten op de medische spoedhulp. Zij bleken familie van de patiënt. Zíj hadden de alarmcentrale ingeseind. ‘Hartklachten…’
Het plan was om de man van de boot te halen, en via het talud naar de ambulance te brengen die op enkele meters afstand stond. Dan kon daar alvast het onderzoek beginnen, kon hij aan de monitor worden gelegd. De situatie op de boot, de omstandigheden waaronder de man in het krappe ‘vooronder’ van de schuit zat, zou evenwel tot een fikse klauterpartij leiden. En hij werkte niet mee… Dus besloot de ambulancebemanning de monitor naar de woonboot te brengen en het lichamelijk onderzoek daar ter plekke te doen.
Ook mijn collega Marja werd plots bevangen door het CO-gas…
Kort na het binnen brengen van de onderzoeksapparatuur ging er een alarm op de monitor af. Het bleek een melding van koolmonoxide. ,,Die melder zit er bij ons standaard op”, zegt Hanneke ter Beek. ,,We zagen eerst niet dat de meter flink uitsloeg. Je bent namelijk zó bezig met je patiënt… Toen ik die uitslag wél zag, gaf mijn collega plotseling aan zich onwel te voelen en realiseerde ik me dat het geen hartklachten waren bij de patiënt, maar een koolmonoxidevergiftiging! En ook, dat mijn collega door het gas was bevangen – hoewel zij de monitor uit de ambulance had gehaald en dus korter dan ik in de bedompte ruimte met de patiënt was. Daar bleek sprake van een zeer hoge concentratie koolmonoxide.”
Ter Beek zat ineens met twee patiënten: de man en haar collega, die moest overgeven toen zij buiten de boot aan de wal meehielp in de hulpverlening. Ook zelf voelde zij zich ineens licht in haar hoofd, ,,Het beeld van plotseling opstaan nadat je een tijdje op je hurken hebt gezeten”, zegt ze, ,,Dát gevoel. Ik was duizelig, het begon te draaien…”
Toch behield ze het besef kordaat te moeten handelen, nú om meerdere levens te redden. ,,Als ambulancehulpverleners zijn we gedrild in het beschermen van onze eigen veiligheid. Die staat voorop. Via kratten en een trap zijn we met de patiënt van de boot af naar buiten gevlucht. Hoe we dat voor elkaar hebben gekregen, hoe we het hebben gered, weet ik eigenlijk nog steeds niet helemaal.”
Buiten trok Marja Ras langzaam bij, het diep inademen van de frisse polderlucht deed zijn werk. ,,Ook ik heb bewust een soort hyperventilatie opgewekt om dat gas uit mijn lichaam te verdrijven”, zegt Hanneke ter Beek, en even beleeft ze opnieuw de absolute paniektoestand van toen. Na contact met de alarmcentrale, werd de situatie ter plekke acuut opgeschaald, en verschenen korte tijd later zowel de brandweer als enkele eenheden van de politie. De patiënt en Marja Ras zijn voor nader onderzoek ijlings naar het ziekenhuis gebracht.
Hanneke ter Beek is blij met de goede afloop, en dat ook zij haar verhaal nog kan navertellen. ,,Zonder CO-melder op onze monitor had ik hier niet meer gestaan. Zelfs als professional had ik immers niet in te gaten dat dit een koolmonoxidevergiftiging betrof. Als we tien minuten langer in deze benarde ruimte met de hoge concentratie CO waren geweest, waren we gedrieën een stille dood gestorven.”
Hanneke ter Beek en Marja Ras pleiten ervoor dat iedere hulpverlener voortaan kan beschikken over een CO-melder.
Ambulanceverpverleegkundige Hanneke ter Beek. Foto: ROB BALT
De Nederlandse Brandwonden Stichting in Beverwijk zegt te zijn geschrokken van de uitkomsten van het eigen onderzoek naar koolmonoxide in Nederland. Slechts 25 procent van de huishoudens heeft een CO-melder. ,,Een schrikbarend laag percentage, want alleen al in 2019 zijn dertien incidenten met koolmonoxide gemeld. Hierbij is één persoon overleden en zijn 28 personen onderzocht op koolmonoxidevergiftiging in de ambulance of hiervoor behandeld in het ziekenhuis. ‘En het stookseizoen is nog maar net begonnen…
Een kwart van de Nederlanders zegt in het onderzoek niet te weten hoe te handelen bij koolmonoxidevergiftiging. Daarom start vandaag, dinsdag 5 november, de campagne ‘Stop CO-vergiftiging.’ Onder het motto ‘ventileer, controleer en alarmeer’ wordt aandacht gegeven aan wat jij kan doen om CO-vergiftiging te voorkomen.
Motto van nieuwe campagne: ‘Ventileer, controleer en alarmeer’
- Algemeen directeur Rob Baardse van de Nederlandse Brandwonden Stichting zegt: ,,Koolmonoxide, je ruikt het niet, je ziet het niet, maar het is verraderlijk en levensgevaarlijk. Mensen zeggen bij een koolmonoxide-probleem zich vaak wat grieperig te hebben gevoeld. Huisartsen zouden zich dit wellicht vaker moeten realiseren, zeker wanneer patiënten regelmatig met griepachtige klachten bij hen komen.”
- Dossierhouder koolmonoxide Jet Vroege van de Brandweer Nederland: ,,Nog veel te vaak wordt gedacht dat alleen oude cv-ketels, geisers en gaskachels het hoogste risico op het ontstaan van koolmonoxide hebben. We zien echter ook veel incidenten met nieuwe ketels die worden aangesloten op bestaande afvoerkanalen. Hier kan dan koolmonoxide vrijkomen doordat de aansluiting niet deugt. Een verkeerde installatie of het niet laten onderhouden van een gloednieuwe ketel kan dus ook de oorzaak zijn van een koolmonoxide-ongeluk.”
Koolmonoxidevergiftiging komt het meeste voor als gevolg van:
- Een verkeerd geïnstalleerd, kapot of slecht werkend verbrandingstoestel: kachel, geiser, cv of combiketel. Het risico van een koolmonoxidevergiftiging wordt nog veel groter als het verbrandingstoestel in een kleine, slecht geventileerde ruimte staat. Bijvoorbeeld op een boot, in een caravan of in een kleine doucheruimte. En als er geen directe afvoer van het toestel naar buiten is.
- Niet goed geïnstalleerde of beschadigde afvoer- en schoorsteenkanalen als gevolg van lekken in afvoerbuizen en schoorsteenkanalen of aansluitingen en gebrekkig onderhoud van de afvoerkanalen.
- Verkeerde stookgewoonten, bijvoorbeeld door kachels en open haarden te gebruiken als allesbranders. Bij gebruik van hout of het gebruik van haard en kachel als allesbrander gaat vervuiling van de afvoerkanalen en schoorsteen een stuk sneller en kunnen er hogere temperaturen ontstaan. Dit heeft weer een effect hebben op de constructieve staat van de kanalen. Bij een vervuilde schoorsteen komen de verbrandingsgassen, en daarmee ook koolmonoxide, ook in huis terecht.
- In situaties waarbij gas, olie of hout wordt verbrand in een afgesloten ruimte. Bijvoorbeeld: binnenshuis barbecueën, het gebruik van ‘heaters’ in een schuurtje of een afgesloten partytent.
- Bron: Brandweer Nederland